Griekse cultuur

By ZehraG
  • Period: 3500 BCE to 1450 BCE

    Minoïsche beschaving

  • 1650 BCE

    Fresco

    Fresco
  • Period: 1600 BCE to 1200 BCE

    Myceense beschaving

  • Period: 1000 BCE to 800 BCE

    Geometrische stijl

  • 900 BCE

    Homerus verzamelde traditionele verhalen over mythen

  • 800 BCE

    Grieken nemen alfabetische schrift over van de Feniciërs

  • Period: 800 BCE to 50 BCE

    Griekse Oudheid

  • Period: 800 BCE to 500 BCE

    Archaïsch

  • 776 BCE

    Eerste Olympische spelen

    Eerste Olympische spelen
  • 650 BCE

    Dorische stijl

    Dorische stijl
  • Period: 650 BCE to 450 BCE

    Zwartfigurige stijl

  • 600 BCE

    Archaïsche stijl

    Archaïsche stijl
    Het woord archaïsch is van Griekse oorsprong en betekent vrij vertaald 'uit het begin'.
    In deze tijd werden de eerste grote tempels gebouwd en ook de schilderkunst en beeldhouwkunst kwamen tot ontwikkeling.
  • 550 BCE

    Ionische stijl

    Ionische stijl
  • 550 BCE

    Zwartfigurige stijl

    Zwartfigurige stijl
  • 550 BCE

    Democratie

    rond 550 vC werd rond Athene de democratie weer toegepast
  • Period: 530 BCE to 300 BCE

    Roodfigurige stijl

  • Period: 500 BCE to 350 BCE

    Klassiek

    • er wordt een ideaal, volmaakt menstype weergegeven
    • toepassing van de contraposto
    • perfecte weergave van de anatomie
      • het beeld kon van alle kanten bekeken worden
  • Period: 460 BCE to 264 BCE

    Opkomst Romeinse rijk

  • Period: 460 BCE to 220 BCE

    Etrusken

  • Period: 460 BCE to 476

    Romeinse rijk

  • 450 BCE

    Roodfigurige stijl

    Roodfigurige stijl
  • Period: 427 BCE to 347 BCE

    Plato

  • Period: 384 BCE to 322

    Aristoteles

  • Period: 350 BCE to 50 BCE

    Hellenisme

    Emotie en beweging waren van groot belang. Een beeld kon nu van alle kanten bekeken worden, niet alleen meer vanuit een frontale positie.Het beeld stond vaak wel tegen een steunpunt, om het stabieler te maken.
  • Period: 264 BCE to 192

    Bloeiperiode Romeinse rijk

  • 200 BCE

    Klassieke stijl

    Klassieke stijl
    In de Klassieke periode kwamen veel cultuuruitingen tot grote bloei: filosofie, politiek, literatuur, muziek, schilderkunst, beeldhouwkunst en architectuur. De verworvenheden uit deze tijd zijn in de loop van de geschiedenis van zoveel betekenis en invloed gebleken, dat deze periode klassiek wordt genoemd.
  • 100 BCE

    Hellenisme stijl

    Hellenisme stijl
    De Hellenistische periode begint met de veroveringen van Alexander de Grote. Zijn rijk strekte zich uit van Griekenland tot ver in het Midden-Oosten. Na verloop van tijd nam de macht van de Grieken echter af. De leidende positie van Griekenland werd in de tweede eeuw voor Christus overgenomen door de Romeinen.
  • 50 BCE

    Corintische stijl

    Corintische stijl
  • Period: 20 to 80

    Coloseum

    Het Colosseum, een Romeins amfitheater, is bedoeld voor vermaak: een stadion dat plaats bood aan duizenden bezoekers van sportspektakels en gladiatorenspelen
  • 120

    Pantheon

    Pantheon
    tempel voor goden waarbij interieur belangrijker was dan exterieur.
  • Period: 192 to 476

    Uitbloei van het Romeinse rijk

  • Period: 300 to 1000

    Vroeg Christelijke en Byzantijnse cultuur

  • Period: 300 to 600

    Vroeg Christelijke en Byzantijnze kunst

  • Period: 700 to 800

    kruistochten

    In de achtste eeuw vond de eerste kruistocht plaats. Kruistochten werden in de 11de en 12de eeuw veel gehouden om niet-christelijke gebieden te bekeren tot het christendom
  • 800

    Karel de Grote gekroond

    Karel de Grote gekroond
  • Period: 800 to 900

    Pelgrimstochten

    In de 9de eeuw lukte het de christenen om Santiago de Compostella te bevrijden. Vanaf die tijd trekken gelovigen op bedevaart naar Spanje om deze plaats te bezoeken: pelgrimstochten
  • 1000

    agrarische samenleving

    agrarische samenleving
    • boeren
    • geestelijken
    • edelen
  • Period: 1000 to 1200

    Romaans

  • 1100

    de cisterciënzer orde

    de cisterciënzer orde
    De cisterciënzers, die rond 1150 al zo'n 500 kloosters bezaten, waren veel strenger in de leer dan de cluniacenzers. Zij leidden een leven van verregaande ascese. Hun leider, Bernard van Clairvaux, voerde het armoede-ideaal zo ver door dat hij geregeld flauwviel van de honger
  • Period: 1150 to 1500

    Gotiek

  • 1200

    de franciscanen en dominicanen

    de franciscanen en dominicanen
    Zij trokken de wereld in om het geloof te verkondigen. De stichter van de franciscaner orde, Francisus van Assissi, ging zelf naar Afrika om het christelijk geloof onder de moslims te verkondigen. Later zouden vele franciscanen en dominicanen hem volgen.
  • Period: 1240 to 1302

    cimabeu

  • Period: 1255 to 1318

    Duccio

  • Period: 1267 to 1337

    Giotto

  • 1400

    Olieverf

    Olieverf
    olieverf belangrijk medium
  • Period: 1400 to

    Renaissance

  • Period: 1420 to 1500

    vroegrenaissance

  • 1425

    perspectief ontdekt

    Omstreeks 1425 ontdekken de florentijnse schilders de wetten van het perspectief. De vroegste voorbeelden zijn van Van Brunelleschi en Masaccio.
  • 1445

    Boekdrukkunst

    Boekdrukkunst
    het eerste drukwerk verscheen in 1445
  • 1492

    Ontdekking Noord-Amerika

    Wordt ontdekt door Spanjaarden
  • Period: 1500 to 1550

    hoogrenaissance

  • Period: 1550 to

    maniërisme

  • 1566

    Beeldstorm

    Beeldstorm
    In 1566 richtten Calvinistische beeldenstormers veel vernielingen aan in katholieke kerken, waarbij talloze religieuze beelden en voorwerpen werden vernield.
  • Period: to

    Barok

  • Einde 80-jarige oorlog

    bloei van de economisch voorspoedige ‘Gouden Eeuw’.
  • Period: to

    Rococo

    De Rococo is de meest kenmerkende stijl van de 18de eeuw. Het is een decoratiestijl in de bouwkunst en de toegepaste kunsten. In de periode tussen 1730 en 1780 beleefde zij haar hoogtepunt.
  • Period: to

    Neo-classicisme

  • de eerste encyclopedie van Diderot

  • Period: to

    Classicisme of neo-classicisme duidt de kunst aan van het tijdvak tussen

  • Franse revolutie

  • Period: to

    Romantiek

  • Period: to

    realisme